Advies naar aanleiding van Rekenkameronderzoek “Armoede en ongelijkheid in de gemeente Oisterwijk” en de bestuurlijke reactie hier op

Oisterwijk, 15 november 2025
Betreft:
Advies naar aanleiding van Rekenkameronderzoek “Armoede en ongelijkheid in de gemeente Oisterwijk” en de bestuurlijke reactie hier op

Geacht College,
Hierbij ontvangt u vanuit de Adviesraad Sociaal Domein het advies naar aanleiding van Rekenkameronderzoek
“Armoede en ongelijkheid in de gemeente Oisterwijk” en de bestuurlijke reactie hier op.
Inleiding
Eind 2024 leverde de rekenkamer de Nota van bevindingen betreffende het DoeMee-onderzoek “Armoede en ongelijkheid in de gemeente Oisterwijk” op. De rekenkamer deed meerdere
aanbevelingen aan het college. Eén daarvan betreft het ontwikkelen van een werkwijze specifiek gericht op inwoners die nu lastig worden bereikt. Op dit aspect wordt in dit advies
nader ingegaan. Het is voor de gemeente en de sociale partners lastig om alle inwoners van de gemeente die worden geconfronteerd met de gevolgen van armoede te bereiken. Dit ondanks de nodige inspanningen op dit vlak. De gemeente wil laagdrempelig zijn voor inwoners met een hulpvraag en stelt zich bereikbaar op voor mensen die de weg naar de gemeente op
eigen kracht vinden. Hier ligt een vacuüm op de loer. Om verschillende redenen weten inwoners de gemeente niet te bereiken of zijn zij zich om verschillende redenen niet of onvoldoende bewust van hun situatie en een eventueel daarmee gepaard gaande hulpvraag.
Laaggeletterdheid, anderstalig zijn, vereenzaamd zijn en last but not least schroom en schaamte zijn maar enkele oorzaken hiervan. De gemeente pakt hulpvragen die binnen komen
zelf op of verwijst door naar partners.
Net als alle andere gemeenten ontvangt de gemeente bericht bij betalingsachterstanden van inwoners bij enkele zorgverzekeraars, sociale woningbouwbedrijven en energiebedrijven.
Hier wordt opvolging aan gegeven in de vorm van het aanbieden van hulp. Voor zover bekend zijn er binnen de gemeente Oisterwijk geen proactieve initiatieven die zijn gericht op inwoners die wellicht hulp behoeven, maar geen hulpvraag stellen.
Hulpvraag en hulp zonder vraag
De gemeente staat goed open voor inwoners die een hulpvraag op het gebied van hun bestaanszekerheid hebben en steunt maatschappelijke partners die zich in dit veld bewegen.
Voorbeelden hiervan zijn de Stichting Sociaal Huis Oisterwijk en Stichting Leergeld. Dat is een conclusie die kan worden gebaseerd op de bevindingen van de rekenkamer. Daarnaast
deed de rekenkamer de aanbeveling aan het college tot het ontwikkelen van een werkwijze specifiek gericht op inwoners die nu lastig worden bereikt. Deze groep is breder dan menigeen
zou vermoeden (1) en ook groeiende. Veel werkenden maken geen optimaal gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen. Men kent ze niet, heeft schaamte of schroom bij aanvragen of vrees voor mogelijke terugbetalingsverplichting. In 2024 steeg de energiearmoede fors door het stopzetten van steunmaatregelen, na jarenlange stijgingen van de energieprijzen.
De sterk stijgende huurprijzen zetten ook druk op de bestaanszekerheid van velen.
Gezinnen die wel hun zorgpremie, woninghuur en energierekening blijven betalen, maar bezuinigen op voedsel, kleding, opleiding van kinderen en dergelijke kunnen lang of altijd buiten beeld van de gemeente blijven, terwijl wordt geleden onder een chronisch tekort aan middelen die nodig zijn een acceptabel bestaansniveau. Het behoeft geen nader betoog dat een tekort aan middelen van bestaan directe invloed heeft op de ongelijkheid tussen de inwoners van Oisterwijk.
Suggesties voor verbetering
Vrij recent beweegt de gemeente zich richting een meer wijk- of dorpsgerichte aanpak. Het is bekend dat Contour de Twern voor de gemeente werkt aan het actief aanbieden van hulp
laagdrempelig en dichtbij in de wijk. Dit is een belangrijke stap vooruit. Het vragen van hulp wordt wellicht hierdoor makkelijker. De adviesraad is van mening dat hier een actievere rol
van de gemeente kan en mag worden verwacht. Het actief in beeld gaan krijgen van mensen en gezinnen die lijden onder armoede. Dit vergt een andere aanpak dan het laagdrempeliger
worden voor mensen die met een hulpvraag naar buiten komen.
In de bestuurlijke nota waarin het onderzoek van de rekenkamer wordt gerapporteerd staan diverse voorbeelden van gemeenten die hulpvragen niet afwachten. De gemeente Venray maakt bijvoorbeeld in haar beleidskader “Aanpak van Armoede en Schulden 2024-2027” een directe link tussen het ondersteunen van inwoners met financiële problemen en het begeleiden
naar duurzaam werk, een passende opleiding of een andere duurzame oplossing. Een oplossingsgerichte op preventie gerichte aanpak. In Assen heeft de gemeente als oplossing
voor het samenbrengen van veel maatschappelijke partners een regisseur armoede aangesteld.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden. Tijdens het onderzoek van de rekenkamer blijken er meerdere beperkende factoren te zijn die de flexibiliteit voor het doen van aanpassingen

_____________________________________________________________
(1) Rapport Verborgen armoede op de werkvloer (NIBUD 2022)

voor de gemeente beperken. Het regionaal geregeld zijn van een aantal thema’s op gebied van armoede wordt als voorbeeld genoemd. Er zijn geen op het beslechten van deze beperkende
factoren gerichte initiatieven binnen de gemeente Oisterwijk bekend. Een regisseur armoede zou in Oisterwijk het nodige in kunnen betekenen.
Uit de Nota Bestaanszekerheid blijkt dat zowel inwoners als maatschappelijke partners aangeven dat er veel verborgen armoede is in Oisterwijk. Dit is niet met data onderbouwd, maar
wel een duidelijk signaal dat kansen voor verbetering zeer gewenst zijn. Het signaal staat niet op zichzelf. In juni 2025 kondigde het kabinet het Nationaal Programma Armoede en
Schulden aan, waarin ook expliciet aandacht wordt gevestigd op werkenden die onder de armoedegrens leven.
Anna Custers, sinds april 2022 lector Armoede Interventies aan de Hogeschool van Amsterdam, wijst er op dat het besef dat armoede iedereen kan raken doordrong na de recente energiecrisis die grote delen van de bevolking hard raakte.
Zij benadrukt ook dat de impact van armoede op kinderen enorm is. (2)
Er is al veel nagedacht en geschreven over het bereiken van inwoners die in stilte lijden onder armoede. Meerdere gemeenten zetten al stappen die binnen de scope van deze uitnodiging
liggen (3), ook dichtbij; Esmah Lahlah, ex-wethouder van de gemeente Tilburg en huidig lid van de Tweede Kamer is een boegbeeld voor de bestrijding van armoede.
Met ingang van 1 januari 2026 is dat – naast de subsidieverstrekking die nu reeds wordt verstrekt – ook in Oisterwijk het geval. Het Loket Wegwijs Oisterwijk, de huisartsen en de jeugdartsen hebben met elkaar afspraken gemaakt hoe ze samenwerken en verwijzen rondom jeugdvragen. (4)
Huisartsen en jeugdartsen zullen vragen rondom jeugd- of opvoedhulp niet zelf verwijzen, maar dit over laten aan de collega’s van Loket Wegwijs Oisterwijk.
Voortaan wordt er standaard een brede uitvraag, intake (triage) uitgevoerd. Belangrijk onderdeel daarbij is de gerichte aandacht voor de financieel economische positie van het gezin en
het kind. Wanneer die situatie problematisch is dan wordt het financiële probleem als eerste aangepakt. In sommige gevallen kan dat preventief werken en kunnen opvoedvragen en andere
jeugdvragen meer beheersbaar worden.
De adviesraad nodigt de gemeente uit tot het ontwikkelen van beleid en het nemen van daarop volgende initiatieven die zijn gericht op het bereiken van inwoners, uitkeringsgerechtigden,
werkenden en ondernemers, die lijden onder de gevolgen van armoede en nu lastig worden bereikt.


Namens de Adviesraad Sociaal Domein Oisterwijk,

Samenstellers:
Jos de Kort, voorzitter Chris Vandeputte
Hans Pijnenburg, secretaris Hans Pijnenburg

_____________________________________________________________
(2) Openhartig 6-2022 Jeugdbescherming. Anna Custers strijdt tegen armoede in Amsterdam
(3) Hoe gemeenten ‘verborgen armen’ kunnen bereiken. Binnenlands Bestuur 01-05-2025
(4) Samenwerking tussen Loket Wegwijs Oisterwijk, huisartsen en jeugdartsen rondom jeugdvragen. Gemeente
Oisterwijk 30-09-2025

Een werkbezoek aan de Voedselbank, we waren onder de indruk…

In het kader van gemeentelijk beleid over bestaanszekerheid heeft de Adviesraad Sociaal Domein in november een werkbezoek gebracht bij de voedselbank in Tilburg. Wij kijken niet alleen naar de papieren werkelijkheid van de politiek en het gemeentelijk apparaat, maar we nemen ook graag een kijkje in de praktijk. Dat spreekt vaak meer dan stevige beleidsstukken.
Beleid en praktijk
De gemeente Oisterwijk heeft de ambitie uitgesproken te streven naar bestaanszekerheid voor al haar inwoners. Daarom is er over dit onderwerp allerlei beleid geformuleerd, regelingen in werking gesteld en hebben verschillende organisaties een rol in bestrijding van armoede en kans-ongelijkheid. De Stichting Tilburgse Voedselbank krijgt subsidie van de gemeente Oisterwijk en zet zich niet alleen in voor huishoudens in Tilburg, maar o.a. ook voor inwoners van Oisterwijk, die om wat voor reden dan ook in financiële problemen zijn gekomen en daardoor geen voedsel meer kunnen kopen. Voedsel dat niet meer verkocht wordt maar nog wel voor consumptie geschikt is, wordt via 4 winkels of uitgiftepunten in Tilburg, Goirle, Oisterwijk en Hilvarenbeek ter beschikking gesteld aan mensen die dit nodig hebben. Momenteel zijn 690 huishoudens als klant geregistreerd bij de voedselbank, waarvan 617 klanten uit Tilburg en 73 uit de regio waarvan 24 huishoudens uit de gemeente Oisterwijk.


”Geen pakket zonder traject”
De voedselbank is een prachtig concept dat ooit werd opgezet door Clara en Sjaak Sies in Rotterdam, maar in onze regio zijn we beter bekend met Pater Poels. Het is begrijpelijk dat armoede gepaard gaat met allerlei onderliggende problematiek en dat bredere aanpak noodzakelijk is om uiteindelijk weer zelfredzaam te worden. Daarom wordt samengewerkt met verschillende hulpverleningsinstanties, zoals schuldhulpverlening, maatschappelijk werk, of verslavingszorg. De maximale termijn van voedselhulp is vastgesteld op 3 jaar, maar door de combinatie met hulpverlening is het vaak na 1 jaar al niet meer nodig.
Duurzaamheid en middelen
Het primaire doel van de voedselbank is om directe voedselhulp te bieden aan de armste mensen, maar goed om te realiseren dat op deze manier ook verspilling van voedsel wordt voorkomen. Er zijn verschillende manieren waarop de voedselbank levensmiddelen en non-food artikelen krijgt voor haar klanten. Het betreft donaties van multinationals zoals Unilever, HAK, Douwe Egberts, Sligro, Makro of Bol. Maar ook supermarkten zoals AH, Jumbo, Aldi of Lidl. En niet te vergeten de plaatselijke winkeliers waaronder bakkers en particulieren.


Voor elkaar en door elkaar
Men werkt in Tilburg aan de Kapitein Hatterasstraat niet alleen als winkel en voedselbank voor inwoners, maar ook als distributiebedrijf voor 30 andere voedselbanken in Brabant en Zeeland. Alle ASD-leden waren flink onder de indruk van het werkbezoek aan de Tilburgse Voedselbank, waarvoor veel dank aan Hans Coninx voor de rondleiding. We zagen een grote goed geoliede organisatie waar alle werkzaamheden door 170 vrijwilligers uitgevoerd worden. In de winkel, in de ICT of administratie. In de logistiek, vervoer of magazijn. In de werving, in crowdfunding, in ….. etc.  Vele handen die op deze manier een steentje bijdragen aan de belangrijke missie van de voedselbank! Goed dat ook de gemeente Oisterwijk in subsidie een steentje bijdraagt. Want ook al betreft het hier misschien een relatief klein aantal inwoners; de voedselbank is van groot belang om in de eerste levensbehoeften te kunnen voorzien.
Meer informatie
Een artikel van 565 woorden is natuurlijk niet toereikend om alle informatie te delen. Voor wie het nodig heeft; voor wie meer wil weten; voor wie eventueel vrijwilliger wil worden… neem een kijkje op de website! https://www.tilburgsevoedselbank.nl/